Verslag van de lentewandeling naar de Mariapeel in Helenaveen.
De wandeling van vandaag deed zijn naam eer aan, het was prachtig weer, zonnig met een strakblauwe hemel en 18° C met een fris windje. Onze gids van vandaag was Jan, je weet wel, die van K.P.S. (Klein Pokke Spul). Het is onvoorstelbaar zoveel als Jan weet te vertellen. Ik zal proberen een kleine greep hieruit te vertellen wat ik nog onthouden heb.
Vanuit het schutterijlokaal gingen wij met auto’s naar de Mariapeel. Dit is een hoogveenachtig natuurgebied en samen met het Grauwveen en de Deurnese Peel een beschermd drasland. Dit gebied is op het nippertje gered van grootschalige ontginning doordat de 2de wereldoorlog uitbrak en de Peel onderdeel werd van de Peel-Raamstelling o.a. door het Defensiekanaal. Daarom is dit stuk Peel behouden gebleven.
Tijdens het eerste stuk van de wandeling ging het vooral over de Peel: het drassige land, het verschil in hoog en laagveen, de compartimenten, het turfsteken van de boeren waardoor de boerenkuilen ontstaan zijn en de peelbanen van de karren. Later werd dit grootschaliger en als de peelwerkers in het weekend naar huis liepen, konden ze een kwartje verdienen als ze een trekschuit met turf richting huis meetrokken.
Nu is het gebied een mooi afwisselend landschap van veenmoerassen met veel berkenbomen die met hun voeten in het water staan en het wel of niet overleven. Plassen met veel watervogels, zoals eenden, grauwganzen, de blauwe reiger en kikkers. Onderweg kregen we ook geregeld “Meer Bewegen Voor Ouderen” en moesten dan over een hek klimmen, hilariteit alom!!!!!
Toen kwamen we op de open heideterreinen, vlakten, bosjes en zandruggen waar vooral de grazers, zoals de Nederlandse landgeiten en runderen het gebied open houden, waardoor de kleine berkenboompjes en struiken beperkt blijven. We hebben veel planten gezien, zoals het veengras en het wolgras en we weten nu het verschil tussen een vrouwelijke en een mannelijke katjesboom.
Ook hebben we bij het nest gestaan van zandbijen, oftewel aardbijen, waar een koekoeksbij haar eitjes in wilde gaan leggen. We hebben vlinders gezien, zoals het blauwtje, het witje, de citroenvlinder en de dagpauwoog vlinder en heel veel vogels, zoals de “krassende” blauwborst, de “biddende” torenvalk en de tjiftjaf die zijn eigen naam roept. En weet je wat dit is??? Het zit hoog in de boom en piept, nou????
Een boompieper natuurlijk!!!
Nou weet ik niet meer of die flauwekul voor of na ons borreltje midden in de Peel was, maar dat maakte de pret er niet minder om. Op de terugweg hebben we nog even bij het nieuwe vliegtuigmonument gestaan dat er sinds een half jaar staat. Tijdens het opgraven hebben ze nog een 500 ponder gevonden.
Terug bij het schutterijlokaal werden we weer verwend met koffie/thee en heerlijke vlaai en hebben we nog veel gelachen met alle flauwe grapjes over de vogels en de insecten.
Iedereen bedankt die meegeholpen heeft aan deze heerlijke ontspannen middag: de gidsen Jan Slaats en Ger Hendriks, het bestuur, de werkgroep KBO op Pad en de vrijwilligers van de Schutterij.
Het was een mooie en interessante ”lentewandeling”.
Leny Ewalts